Balkon

Naast het oerlelijke gietijzeren bijzettafeltje, de twee klapstoelen, het verlepte houten krukje en de twee blikken verf waarvan ik mezelf blijf vertellen dat ik ze ooit nog ga gebruiken om de trap een derde keer te verven is er nauwelijks ruimte voor mij en mijn kop koffie op het balkonnetje dat aan onze sociale huurwoning zit vastgelijmd.
Ik steun op de metalen leuning en vang zo een paar stralen ochtendzon met mijn voorhoofd.
Meestal vergeet ik dat het balkon bestaat.
De deur er naartoe zorgvuldig afgeschermd met een gordijn. Op weg van de douche naar de slaapkamer werp ik er soms een vluchtige blik op. Het is voornamelijk een soort ‘buitenberging’ voor spullen waar we in huis echt geen ruimte meer voor hebben (en waarvan we de waterdichtheid boven de tachtig procent schatten).
Maar soms, als m’n ochtenden onverwacht soepel verlopen en mijn geest eens niet overloopt van wilde plannen die ik zou moeten uitvoeren en de voorjaarszon schijnt, schuif ik theatraal het gordijn opzij en betreed ik de vierkante meter buitenruimte om uit te kijken over de slecht onderhouden tuinen en lelijke jaren 80 woningen die nu onder me liggen.
Mijmeren in de voorjaarszon
Het is een voorjaarsdag in 2012.
Jaren voordat mijn leven getekend zal worden door kinderen, stripambities, depressie, burnout en mijn zelfverzonnen misdaadbestrijder.
Nu sta ik gewoon hier en drink mijn koffie (iets dat ik over tien jaar ook lang en breed achter me gelaten zal hebben) voordat ik naar mijn baantje bij een slecht georganiseerd callcenter (bestaan er andere soorten callcenters?) moet fietsen.

Ik kijk om me heen.
Rechts van me is het balkon van de buren.
Het enige dat het van het onze scheidt, is een schuin schuttingwandje. Ik kan er omheen kijken. Daar zie ik dezelfde chaos als op ons balkon. Een barbeque. Een lege krat bier. Een kapotte ladder. Wat planken. Een bezem.
Ik neem nog een slok koffie.
Ik bedenk dat je makkelijk van het ene naar het andere balkon zou kunnen klimmen.
Gewoon een stap over de reling, even schuifelen over de dakgoot en je bent er.
Ik maak een interne aantekening terwijl ik de laatste slok koude koffie naar binnen giet:
Balkon deur goed op slot houden. Voor je het weet klimt de gekke buurman via ons balkon het huis in!
Slapende herinneringen
Misschien wist ik toen al hoe het werkte.
Misschien niet.
Zelfs nu ik het weet en al talloze keren heb meegemaakt, blijft het me verbazen.
Een moment.
Een locatie.
Een idee.
Het nestelt zich in je geheugen.
Graaft zich in op de modderige bodem.
Blijft daar liggen.
Verlaten en op zichzelf.
Zo bijna volledig vergeten dat het ze net zo goed gestorven zou kunnen zijn.
Totdat het moment zich aandient, vele jaren later.
En ze zich razendsnel uitgraaft. Omhoog schiet door het troebele water en in een schuimende uitbarsting door het oppervlakte breekt.

Dat is precies wat er gebeurde met de balkon scene uit De Lijn #03, bijna tien jaar later.
Dus ik blijf om me heen kijken.
Stil mijmeren in de voorjaarszon.
Want ik vertrouw erop dat het zal blijven gebeuren.
Ook al weet ik niet precies wanneer.
Deze scene lezen?
Deze balkon scene staat in volle glorie in De Lijn #03.
Heb je die nog niet gelezen?
Hij is nog steeds te bestellen, hier in de Lijn Shop!
2 reacties
Joost · mei 31, 2022 op 9:59 am
Je stukjes zijn net zo leuk om te lezen als je strips Huug! (alleen is het barbecue ipv barbeque #taalnazi)
Hugo · mei 31, 2022 op 10:03 am
Thanks Joost, da’s leuck om the hoorn!
En thanks voor de barbecue-tip! Ik krijg die dingen nooit aan 😐